Ze leefden nog lang en gelukkig
… zo eindigen ze, de sprookjes. Zonder uitzondering, voor zover ik me kan herinneren.
Maar, is dat wel zo? Of verkiezen we het gewoon de sprookjes te laten eindigen als Prince Charming zijn dartele Prinses eindelijk uit de greep van het Kwade bevrijd heeft, omdat we gewoon niet wíllen weten wat er daarna volgt? Verkiezen we de honingzoete romantiek boven de realiteit van het “wat daarna”?
Want, laat ons eerlijk zijn, in sprookjes geloven we sinds onze puberteit niet meer, na de eerste Grote Liefde die ons geblutst en gebuild heeft achtergelaten. En, hoe meer Grote Liefdes we zagen komen en gaan, hoe meer we ervan overtuigd geraken dat “happily ever after” een uitvinding is om vanaf de 19de eeuw (de tijd van de Duitse Gebroeders Grimm) de mensheid te overtuigen van hoofse monogamie. Want, zeg nu zelf, ondertussen weten we maar al te goed hoe het er in de Koningshuizen toen én vandaag aan toe ging. Minnaars en minnaressen gaven elkaar de paleisklink in de hand, de Prins en Prinses hadden gescheiden vertrekken en het was er als het ware een vogeltil, waarbij het geheime fonds voor Koninklijke “bastaardkinderen” zijn handen meer dan vol had.
Maar, ook u en ik, wij, het volkse gepeupel, ontsnappen niet aan de vloek die op “ze leefden nog lang en gelukkig” rust… Want, eigenlijk is het vooral een “happily BEFORE”! Als dartele singles spelen we het spel van verleiden en verleid worden, de prinses die zich hunkerend in het bos voor haar bronstige prins verstopt en hem heimelijke blikken toewerpt, als broodkruimels voor een hongerige mus in de winter. We worden gevangen door magnetiserende ogen(blikken), geven zo nu en dan eens toe aan passionele wensen en verlangens, eender hoe casual van aard. Maar, dat nu en dan eens spelen verplicht ons – gewoontedieren – om te verlangen naar continuïteit en regelmaat. We willen dus méér, véél meer… We willen de happily ever after, een lang en gelukkig leven samen, samen oud worden, een relationele binding met die ene. The One…
Het sprookje, dat is wat we willen: de galante prins en zijn wondermooie prinses, die hij op handen draagt, die hij redt van het Kwade… en die ver weg staan van de realiteit. Wat gebeurt er daarna? Hij zal zijn witte paard op stal mogen zetten, zoveel is duidelijk. Zij zal hem enkele kinderen baren, de was en de plas doen en hij zal moeten zien dat er brood op de plank komt. Voor je het weet wordt de ooit zo sensuele en speelse prinses een kwaaie verslonsde heks en verandert de jeugdig frisse prins in een vadsige luiaard, die het zich allemaal laat welgevallen en op zijn royale lauweren rust. Of alleszins iets in die aard.
De sprookjesachtige Passie die ooit de reden van hun samen-zijn was werd door de 7 dwergen (Sleur, olijke Gewoonte en tweelingsbroertje Gewenning, Routine, Verveling, Regelmaat, Samen-Zijn en Zekerheid) langs de achterdeur ontvoerd en geblinddoekt naar buiten gedragen tijdens een ogenblik van onoplettendheid of echtelijke twist ten huize Fairytale.
Wijselijk laten we dan ook dat deel van het sprookje vallen en stoppen we waar de realiteit begint… We blijven dus in die mooie sprookjes geloven, zijn blind voor hetgeen er volgt. Niet uit onwetendheid, maar net omdat het geloof in het sprookje het allemaal de moeite waard maakt, inclusief de blutsen en de builen. Het sprookje is onze drijfveer om ervoor te blijven gaan…
Ondanks mijn kritische kijk rest er me dan ook niks anders dan me een prinses te wanen… en te blijven geloven in “happily ever after”! ;-)