Vreemde “eend” in de bijt.
Soms kom ik er na vele verhuizingen achter, dat ik zoveel spullen al jaren met mij meesleep, zonder eigenlijk te beseffen of ik ze nog wel nodig heb. Ik ben zo gewend aan al die dozen vol onbekende inhoud, komt misschien ook omdat ik ze al jaren verplaats van de ene naar de andere plek. Ruimte vretende ballast zonder dat je het bewust bent. Hetzelfde gevoel van een eind lopen en dan pas merken hoe zwaar die rugzak eigenlijk is. Als mens kunnen we een hoop hebben, totdat we ineens door krijgen waar we in zitten en hoe zwaar of rommelig het eigenlijk is om ons heen. Hiermee bedoel ik dan niet de roze bril van verliefdheid, het is meer het verdragen combinatie met niet willen weten, althans niet op een dagelijks bewust niveau. Dan ineens zie ik alles en weet ik even niet meer waar te beginnen. Waarom heb ik dat zo gedaan?
Tijd om Dibbes even uit te laten, ja oplettende lezer, klopt, hij is natuurlijk niet meer, maar ik kan toch behoorlijk lange wandelingen met hem maken. Voor mij betekent dit; “mijn spirituele herder uitlaten”.
Waar te beginnen en hoe heeft het zover kunnen komen? Ik zie pagina na pagina in het dagboek met beschrijving van allerlei, tja, nu nutteloze spullen, verzamelingen waar ik in ieder geval niet meer naar omkijk en de ander zo te zien ook niet. Vreemd genoeg, als je dan ineens begint op te ruimen, dan merkt de ander dat instinctief meteen en gek genoeg beginnen ze dan ook van alles ineens te missen?! Herken je dat? Nou ik wist toen al dat ik “te laat” was. Kennelijk wordt het geheugen ineens getriggerd door vuilniszakken met rotzooi.
Ik was gebleven bij de nieuwe balans en ja, daar hoort opruimen zeker bij. Ik heb niet alle scherven weggegooid, ik heb er eerder misschien te veel bewaard. Ik stopte ze in mijn met spiegeltjes beplakte Indiaase doosje. Het waren eigenlijk ook een soort van stukjes spiegel, want ik herkende alle weerspiegelingen. Bijna een holistische benadering van het totaal. Het vermogen van ieder stukje, mits in de juiste lichtbaan geplaatst, om het geheel weer te geven. Het gaf een bijna magisch en soort van Goddelijk vermogen van zo’n fragmentje om dit te kunnen. Een prachtig inzicht, ik onderstreepte dit inzicht in mijn dagboek. Het zou mij nog veel gaan brengen. En wees dus voorzichtig met al jouw fragmenten zomaar in de prullenbak te vegen (dit is mijn grapje).
Waar iets afloopt is eigenlijk ook al een nieuw begin…
Ik wilde er toen niet aan, maar ik ben zo langzamerhand dit wel gaan inzien. Toen dat touwtje plotseling brak bleek de val van mij toch gebroken te worden door een onzichtbaar klein draadje. Ik belandde tot vlak boven de grond, terwijl ik mij al schrap zette voor de impact van de val. Waar ik bang voor was gebeurde niet. Waar de knoppen van de bomen werden gerukt door de plotselinge voorjaarstorm, daar bleven dus ook enkele zitten. Met hun weinigen gaven zij door wat nodig was voor de boom om te overleven. Dat ‘zijden draadje’ was de laatste lucifer die de vlam kon doen ontsteken. Door dat overleven word je een bevoorrecht mens met een verschrikkelijk lot. Als ik het zo terug lees dan lijken deze twee woorden zo onverenigbaar, genadeloos haaks op elkaar te staan. Maar toch is het zo kan ik jullie vertellen en daarom ben je tot veel meer in staat dan dat je zou denken en kun je werkelijk omgaan en leven met tegenslag.
De zijden draad, de knop die overbleef…
Het verhaal gaat verder, want in het eind zat het begin versleuteld. In haar laatste woorden zat mijn nieuwe begin. Dat was een opdracht en die opdracht heb ik zo goed en kwaad als het kon uitgevoerd. Erik, hoe wist je nou dat dat een opdracht was? Wat zou jij als laatste woorden zeggen op het eind van je leven? Een leugen een Salomonsoordeel? Nee je wil het beste voor dat wat achterblijft.
Ik voelde mij gediscrimineerd omdat ik een overgebleven ouder was die toevallig een nieuwe balans in de schoot geworpen kreeg.
Ik heb de knop zien uitkomen en ik heb mogen genieten van al haar pracht aan geuren en kleuren. Het besef van die zijden draad, maakte dat mijn wereld zo fragiel was geworden en haar nieuwe balans ook. Ik wil niet zeggen dat ik op eieren liep, maar ik was toch ergens angstig geworden omdat ik iets ging samenvoegen wat niet bedoeld was om ooit samen te voegen. Dat was het spanningsveld waarin ik beland was. Mijn ex Eva was onherkenbaar veranderd en ik zat in een fragiele nieuwe situatie. Dat hielp mij niet op het schoolplein. Het oversteken ervan met Luca en Puk aan weerszijde voelde iedere keer weer als tussen de bijenzwermen door lopen zonder gestoken te worden. Oudergesprekken die ineens apart gevoerd moeten worden en in mijn geval kwam daar dan altijd een derde bij zitten, die niets zei en alleen maar bedenkelijk bleef kijken. Ik heb eigenlijk nooit een idee gehad wie die persoon eigenlijk was of wat ze deed. Ik voelde mij gediscrimineerd omdat ik een overgebleven ouder was die toevallig een nieuwe balans in de schoot geworpen kreeg. Ik had geen lot gekocht, maar toch had ik de hoofdprijs, zoiets eigenlijk. Luca en Puk kenden Floortje goed en ze zaten op dezelfde school. Op zich ideaal om het wegbrengen en ophalen te combineren. Puk was 6 jaar en Luca en Floortje beiden acht en grappig genoeg, in dezelfde maand jarig.
Voor mij was deze balans zo duidelijk, ik kon het zo uitleggen en in mijn optimisme zag ik niet dat die anderen niet zaten te wachten op een uitleg of de andere kant van het verhaal.
De veroordeling…
Het was er al voordat ik er erg in had, het verhaal was al geschreven en er was geen ruimte meer op het geschreven oordeel voor mijn tekst, mijn toevoeging, mijn gevoel en motivatie om er vooral voor de kinderen te zijn. Er zouden nog vele van deze documenten volgen. Documenten waarvan helaas mijn tekst er is afgevallen. Net zoals die familiefoto waar ik dan net niet meer op sta. Verderop in het dagboek zullen die andere deuren velen van deze documenten ontsluiten en mij het gevoel doen geven dat ik de verkeerde kamer in was gelopen. Sorry, ik dacht dat ik hier moest zijn, excuus, ik zal de deur weer dicht doen. Hoe pijnlijk te horen; ‘nee Erik, je bent door de goede deur gelopen, dit is de juiste kamer. Wat gek dan dat ik mij totaal niet welkom voelde in die split second van binnenkomst. Dat je kramp krijgt in je maag als je realiseert dat zij er niet voor jou zitten. Ik krijg er nog rillingen van en heb haast medelijden met Erik dat hij het keer op keer maar bleef proberen en volhouden.
Alternatief
Wat was het alternatief als je ineens die brief in de brievenbus ziet met verzoek tot scheiding, teksten als ‘duurzaam ontwricht’ en opeisbaar dit en alimentatie dat, etc. Zij wilde van mij af maar was kennelijk niet bereid om het echte verhaal te vertellen. Ik zou niet zeggen, het verhaal van de Waarheid omdat we dit zo vaak inkleuren om er soms zelf beter af te komen. Maar feitelijkheid van gebeurtenissen zou toch wel op zijn plaats zijn geweest. Die brief en de donkere wolken boven het schoolplein waren een vaag teken dat het verhaal kennelijk een andere vorm en inhoud had gekregen. Tot aan vandaag de dag weet ik nog steeds dit verhaal niet. Niemand, nee geen persoon achter al die 26 deuren van ‘hulpverlening’ heeft het mij ooit verteld.
Ik heb iets gemist en ik zal een slecht mens moeten zijn, een veroordeelde crimineel zonder gevangenisstraf.
Ik heb iets gemist en ik zal een slecht mens moeten zijn, een veroordeelde crimineel zonder gevangenisstraf. Een vader van een samengesteld gezin met een figuurlijke enkelband. Na 11 jaar heb ik hem eraf gebroken met als afdruk de vergroeiing in mijn enkel. Ik heb mij bevrijd van de veroordeling. Ik heb gewacht op het vonnis maar het deze kwam uiteindelijk niet. Het knellende bandje bleek mijn bloedend hart. Het wachten was op (wan)hoop van begrip. De stilte na afloop, het niet meer opgeroepen worden, dat was de leegte die niet meer gevuld hoefde te worden met al die dozen rotzooi. Kortom, tijd om op te ruimen nu. En nee, ik ga nu niet al die ongeopende enveloppen van de afgelopen jaren open maken en lezen. Ik gooi het weg en zie af van de inhoud, de herinnering en zelfkwelling.