Mijn verjaardag. Ik verheugde me in de aanloop naar vandaag op een dag met niets dan alleen mezelf, de zon, wijn en de liefde.
De kinderen zijn bij hun paps en morgen is het vaderdag. Dus we gaan hier verder niet ingewikkeld over doen. Daarnaast weet je maar nooit wat er als verrassing geregeld wordt en ben ik ook nog eens moe, dus weet je wat; dit jaar doe ik even helemaal niets.
Toen ik dit begin deze week nietsvermoedend, wat onnadenkend en daarom weinig genuanceerd teruggaf aan 8-jarige D. op zijn vraag “Wat ga jij doen op jouw verjaardag, mama?”., sloeg mijn verhaal bij hem in als een bom.
“Maar wáár zijn WIJ dan, mama?? Wíl jij ons niet erbij hebben op jouw verjáárdag? Ik wil bij jou zijn als jij jarig bent!!!”
Even wist ik niet waar ik het moest zoeken. Zijn getergde wanhoop boorde zich schuldig in mijn vermoeidheid. Want ik had het kunnen weten. Mijn jongste hecht zwaar aan dit soort dagen. Maar tegelijkertijd voelde ik weerstand: ik wil wel maar ik wil ook niet! Ik wil eigenlijk níets. En een kinderachtig “het is míjn verjaardag dus ik mag het zèlf bepalen!” wurmde zich een steeds nadrukkelijker weg naar mijn mond. (‘Niet zeggen! Niet zeggen!!’) Gelukkig zei ik het niet.
D., die gezegend is met een struik van gitzwarte wimpers en daarbinnen twee diepe poelen van blauwgrijsgroene ogen die hij op commando kan laten vollopen, had kennelijk dat commando zojuist gegeven. Mij direct weerloos en vloeibaar makend.
‘Baasje. Waarover gaat nu jouw grote verdriet? Kun jij mij dat vertellen?’
“Dat ik met jou je verjaardag wil vieren, mama. Ik wil niet dat je dat zonder ons doet. Wij maken altijd jouw ontbijt en versieren beneden!!”
Ja. Voor hem is dit onze ‘code’, ons ritueel bij een verjaardag. Ook bij die van mij. Toen zij twee jaar geleden op deze dag bij hun vader waren, werd ik daarheen geroepen voor een mooi en liefdevol zelfgemaakt ontbijt. Zo pasten wij dat in. En zo wil hij dat nu weer, want hij hecht hieraan en wil diep van binnen dat er nooit meer iets verandert.
Maar ík voel diep in mijn binnenste de klem van deze ‘met-z’n-allemaal-rituelen’. Die lang goed waren maar nu niet meer helemaal passen bij de nieuwe situaties. Er zijn nieuwe liefdes aan beide kanten en we kunnen inderdaad kiezen om nog heel lang door te voeren wat we altijd deden maar dat voelt niet goed. Míjn hart zegt dat we een nieuwe manier moeten bedenken, die past bij de nieuwe situatie en recht doet aan alle betrokkenen.
Dus ik leg hem dat uit. En hij snikt terwijl ik troost. Totdat hij rustiger wordt. En ik vraag hem of hij begrip heeft voor wat ik hem uitleg. En hij knikt, tussen nog wat snikken door.
Dit mannetje. Ik knuffel hem en ben diep ontroerd door de moed waarmee hij iedere keer weer zijn hart op tafel legt, wetend dat het misschien een knauwtje zal krijgen. De dapperheid waarmee hij elke nieuwe realiteit rouwend en schoorvoetend aanvaardt en de strijdlust en zin waarmee hij er dan voor gaat om er het beste van te maken. Met dat grote, grote hart van hem.
Dus wij bedenken samen een prachtig plan: het ‘met-z’n-allemaal’ is er nog steeds maar dan gewoon wat groter. En we ontmoeten elkaar met deze allemaal op een mooie plek dichtbij, waar we gezellig gaan picknicken. Een brunch die we met z’n allen regelen.
Behalve ik. Want ik ben jarig. En mijn mooiste cadeau heb ik al gekregen.
❤️