Jullie zien mij niet,
Ik heb mijzelf inmiddels weggestopt, ik en mijn verdriet.
Ik zeg tegen de 1 wat hij of zij wil horen,
Ik gedraag me bij de ander zoals tevoren.
Jullie hebben alles kapot gemaakt,
Omdat jullie elkaar gaandeweg in de relatie zijn kwijt geraakt.
Liefde maakte plaats voor haat,
Voor vechten en verraad.
Elkaar niet meer kunnen horen,
Of jullie echt om mij kunnen bekoren.
Het partnerschap is vergaan,
Het gezamenlijk ouderschap van de baan.
De rechter die een knoop doorhakt,
En ik die door de grond zakt.
Schaamte, gemis en gevoelens van schuld,
Maar mijn lieve ouders een kinderhand is snel gevuld.
Dat wil niet zeggen dat het gemakkelijk is hoor,
Het is wel mogelijk om jullie niet te laten beheersen ‘door’….
De liefde die jullie ooit voelden voor elkaar en voor mij als jullie kind,
Deze liefde maakt jullie nooit vrij van elkaar, deze bindt.
Voor eeuwig en altijd,
Tot de dood jullie scheidt.