In een echtscheiding verlaat vaak één van de echtgenoten de echtelijke woning. De ander blijft met de kinderen achter.
Daarmee hoopt men rust te creëren, maar helaas zorgt het ook voor onzekerheid: financieel (wie betaalt de woonlasten en de boodschappen?), maar ook ten aanzien van de zorg van de kinderen.
De financiële onzekerheid heeft vaak tot gevolg dat de kinderen als machtsmiddel worden gebruikt. Vaak zegt een ouder: pas als jij alimentatie betaalt, mag je de kinderen zien. Dat is niet juist. Alimentatie is immers geen kijkgeld.
Contact ouders & kind
Het is in belang van de kinderen dat zij een band opbouwen met beide ouders. Alleen als zwaarwegende belangen van het kind zich er tegen verzetten, zal tussen ouder en kind geen omgang plaatsvinden. Die situatie doet zich niet zo snel voor. Getrouwde ouders hebben, behoudens uitzonderingen, gezamenlijk ouderlijk gezag. Dat gezag blijft ook tijdens en na de echtscheiding bestaan.
Zowel tijdens als na de echtscheiding rust op de ouders een verplichting om het contact en de omgang tussen de kinderen en de andere ouder te stimuleren. Gedurende de echtscheiding kan dat lastig zijn. Je staat als ouders soms ver uit elkaar. Toch blijkt uit de praktijk dat als ouders hun conflicten bijleggen, de kinderen met beide ouders contact willen onderhouden. Een goede verstandhouding van de ouders is dus belangrijk.
Soms is direct contact vanwege een moeizame verstandhouding lastig. Ouders dienen elkaar toch te informeren over de kinderen. In de praktijk wordt in de beginfase van een echtscheiding soms gebruik gemaakt van een schriftje. Daarin praten de ouders elkaar bij over de (activiteiten) van de kinderen. Zo blijven beide ouders op de hoogte en dat geeft de kinderen een positief gevoel.
Omgang afdwingen
In de echtscheidingsprocedure wordt van ouders verwacht dat zij een ouderschapsplan opstellen, waarin de zorgtaken worden verdeeld. Dat is in het belang van de kinderen. Alle vakanties, feestdagen, verjaardagen etc. worden daarin meegenomen. Iedere omgangsregeling is anders. Een standaardregeling van een weekend per twee weken voor een vader bestaat dus niet.
Als ouders er in de echtscheiding niet uitkomen, kan de rechter een omgangsregeling bepalen. De rechter zal daarbij altijd het belang van de kinderen voorop stellen.
Omdat een echtscheidingsprocedure lang kan duren en een ouder gedurende de echtscheiding niet of nauwelijks omgang heeft met zijn kinderen, kan een voorlopige omgangsregeling (voorlopige voorziening) worden bepaald. Deze regeling geldt slechts voor de duur van de echtscheidingsprocedure en geeft snel duidelijkheid.
Als een ouder weigert een omgangsregeling na te komen, kan de rechter daaraan een dwangsom verbinden. Elke keer dat de ouder de omgangsregeling niet nakomt, moet een vooraf door de rechter bepaalt geldbedrag aan de andere ouder worden betaald. De dwangsom is dus bedoeld als prikkel tot nakoming.
Voor vragen over een zorgregeling, kunt u contact opnemen met: mr. H.A. van Hapert en mw. mr. Y.M. van Vliet van Punt & Van Hapert Advocaten