Wat heb ik een hekel aan dit woord en tevens veroordeling van de situatie waarin twee hopeloze ouders kunnen verzeilen. Ik heb niet eens gevochten tenzij je overleven ook vechten noemt.
Scheiden is niet iets dat je leert op school of uit boeken, misschien dan hoogstens door het voorbeeld dat mijn ouders mij gaven toen ze op mijn 9e verjaardag besloten uit elkaar te gaan. Ja ik ken de vooroordelen die men zoal opsomt; “ach een kind van gescheiden ouders, hij heeft een slecht voorbeeld gehad, hij heeft niet gezien hoe het ook kan zijn. Niet de liefde en aandacht gehad en eigenlijk alleen maar het voorbeeld van twee ouders die elkaar machteloos toeschreeuwen”. De strijd van twee uitgedoofde wanhopige liefdes. Ik vergeef het hun, zij wisten toen ook niet beter. En toen was er nog niet dat rot woord ‘vechtscheiding’.
Als kind nam ik ineens mijn ouders waar zoals ik ze nog nooit gezien had. Een manier van toonzetting die ik nog nooit eerder had gehoord tussen hen. Een voor mij onbekende opwinding over alles en nog wat. Het ontbrak aan een gevoel van vreugde bij mij. Een soort spanning van wat gaat er komen of wat staat er te gebeuren? Net zoals het aankondigen van waar we dit jaar weer naartoe zouden gaan met de vakantie. Of waar we naar toe zouden verhuizen en wat mijn nieuwe school zou worden of dat ik nu een broertje of zusje zou krijgen. Nee het leek op niets van dit alles. Het bleek de vooraankondiging van een destructieve scheiding tot de dood ons scheidt.
Daar moest ik even aan terugdenken, de trouwbelofte en nu uiteindelijk het omgekeerde ongewilde sprookje waar ik nu in beland was. Ik staar nu naar alle ordners vol met verweren, klaagzangen en gerechtelijke stukken. Bijna twee meter ellende met verklaringen over de mislukking van een huwelijk maar vooral de talloze pogingen om een vader buitenspel te zetten en om hem uiteindelijk te ‘wissen’.
Terugbladerend in de tijd las ik mijn frustratie maar ook de machteloosheid van “het maakt niet meer uit hoe je het doet, alles wordt tegen je gebruikt”. Kwam je de kinderen te vroeg terug brengen bij de moeder, dan deed ze niet open en stonden we de tijd uit te zitten bij de voordeur. Kwam je te laat, omdat bijvoorbeeld het verjaardagsfeestje uitliep bij een vriendinnetje, dan kreeg je een boze reactie bij de deur en werd deze direct dichtgesmeten zonder dat ik kon uitleggen wat voor leuks we hadden beleefd en waarom we te laat waren. Kwam ik op tijd, dan mocht ik even afscheid nemen bij de deur. Naar binnen mocht nooit en gek genoeg wen je daaraan. Waar ik niet aan kon wennen is dat Luca altijd zwaaiend achter het zijraam van de voordeur ging staan waarbij, als ik dan wegliep en mij omdraaide en het gordijn plots werd gesloten. Een slotscène van een toneelstuk waarbij voortijdig het doek plots naar beneden viel… zonder applaus dan wel te verstaan.
Nee ik was niet in een verkeerde film beland, of toch misschien wel, maar dan met het bizarre gevoel dat je van de één op de andere dag plotseling je partner niet meer herkent.
Nee ik was niet in een verkeerde film beland, of toch misschien wel, maar dan met het bizarre gevoel dat je van de één op de andere dag plotseling je partner niet meer herkent. Ik wens dat niemand toe, maar het kan je echt overkomen. Zelfs als je iemand al heel lang kent, dan kan het je toch zomaar overkomen. Wat heb ik gemist en waarom zag ik dit niet aankomen? Ja, de geboorte van Puk heeft de moeder veranderd en daarbij bedoel ik dan niet in positieve zin. Het is ook best veel wat je als vrouw allemaal overkomt. Zwanger en het hele lijf hormonaal in de war, de stress, het vervolg met een zware en moeilijke zwangerschap en uiteindelijk dan de klapper, de keizersnede. Kortom bijna het hele lijf verwoest, maar dan heb je ook een wolk van een baby!
Vervolgens leidde de borstvoeding tot het verlies van haar grote borsten en gek genoeg, ik voelde mij indirect hier schuldig aan. Die twee prachtige kinderen konden dit niet meer goedmaken voor de moeder, althans zo leek het. Ik nam denk ik onbewust de schuld op mij en dat zou mij later opbreken. Ach dagboek, ik lees mijn wanhoop voorafgaand aan de meters ordners. De stuurman die de controle verliest over de mammoettanker. Ik had toch flink bijgestuurd, maar het duurde even voordat ik doorhad dat het schip behoorlijk uit koers was. Ik was niet van plan ze te verlaten, maar uiteindelijk zat er niets anders op. Ik herkende haar niet meer. Ik vond niet meer terug waar ik mijn hart aan verloor. Ik zat aan de grote poort te wachten totdat ik naar binnen werd geroepen om het oordeel aan te horen. Ik wachtte maar werd nooit opgeroepen, ik wacht nog steeds, ik heb het niet begrepen denk ik. Ik voelde mij de veroordeelde die niet werd veroordeeld maar werd vergeten.
Blijf altijd met elkaar praten, wis elkaar niet en al helemaal niet in het bijzijn van de kinderen, hoe jong of oud ook. Die les kan ik jullie lezers nu wel meegeven. Natuurlijk en inderdaad, je moet wel de mogelijkheid krijgen om te blijven praten met elkaar. Gelukkig waren en zijn daar nog steeds instanties voor die je willen helpen, dacht ik. Door die vechtjungle ben ik ook heen gegaan. Ik heb mij door het oerwoud van goedwillende en vaak te onervaren en beginnende ‘zorgwerkers’ heen geworsteld als een soort Tarzan zonder Jane dan wel te verstaan. Mediators, jonge beginnende en ook oude rotten in het vak tot zelfs gevorderde forensisch mediators, familie rechtbankkamers, kinderbescherming, jeugdzorg en zelfs politie. Van kinderpsychologen en alles wat daar nog meer tussen ons in werd geworpen om vooral maar niet meer met elkaar te kunnen praten.
Niets heeft uiteindelijk geholpen, maar het niet mee willen werken was ook verdacht en dus werk je aan alles mee en hoop je dat er iemand opstaat die zegt; “Hé, zo kan het echt niet meer, houden jullie nu eens op. Ga eens samen zorgen voor die kinderen, want die zorg gaat nooit weg”. Die verantwoording houd je en die verantwoording ben ik ook nooit uit de weg gegaan. Zij heeft met haar volle verantwoording mij wel gewist als vader. Nu, bijna 11 jaar later hoop ik nog steeds om Puk en Luca weer te ontmoeten. Ik moet daarbij altijd weer terug denken aan de laatste goed bedoelde brief van jeugdzorg; “beste vader Erik, het zijn zulke prachtige kinderen. Eens komt een dag dat ze weer terug zullen komen bij je”. En voorbij was de vechtscheiding en over waren de rekeningen van de advocaat. Alleen het terugkerende ritueel van de alimentatie, het iedere maand overmaken van geld naar 3 nu inmiddels onbekende personen. De vergane tijd is mijn grootste vijand. De verlopen tijd maakt dat de herinnering vervaagt, aan mij, aan papa. Luca en Puk en het verhaal dat ging en nu niet meer wordt uitgesproken.
Ik wacht nog steeds….